Hans Akkerman's boule-shit

donderdag, juni 01, 2006

ZACO

Zomeravond competitie, dinsdagavond 18 april 2006 bij de Pétanqueclub “De Gooiers,” Eerste speelronde van de vier.Wat is dat weer lang geleden! Wat vliegt vadertje tijd toch.Kon je hem maar met twee handen en desnoods met je buik, tegenhouden, een halt toeroepen. Het lukt je niet. Doe ook maar geen moeite, hij stopt vanzelf wel, als je uur geslagen heeft. Voor de jongeren kan de tijd niet snel genoeg gaan. Gauw op eigen benen staan, doen wat ze de grote mensen zien doen, stappen, een sigaretje een wijntje en zo meer. Schrikbarend is het alcoholverbruik bij de jeugd, maar dan vertel ik niet nieuws. Opa’s en Oma’s in bange vreze vergeten dat ze ook jong geweest zijn. Excuses mensen, ik dwaal weer eens af. Over ZACO wilde ik jullie wat vertellen. Vertellen wat ik op de eerste dag van dit gezellige triplette toernooi heb meegemaakt. In de eerste partij werd ik door het lot ingedeeld bij twee jonge meisjes.Het donkere type kon je een slanke den noemen vergeleken bij het nogal gezette blondje. Na kennis gemaakt te hebben vroeg ik: “Hoe gaan we spelen dames? Hoe zullen wij het indelen?” Het antwoord was kort en bondig: “Ik zal wel plaatsen en mijn vriendin schiet, dus U speelt 2e man, OK?” De partij nam een aanvang. Ons meisje plaatste prima, maar ons schuttertje miste werkelijk alles. Ik moest me uitsluitend bezig houden met verdedigen. Op een gegeven moment was de situatie zo dat alleen ik, nog een boule had, de stand 7-11 in ons nadeel was en de tegenpartij op twee punten lag. Ja, een boule 4 à 5 cm voor het butje en eentje er achter op dezelfde afstand. “U moet plaatsen, hier zo vlak langs,” zei het dikkerdje, notabene wedstrijdspeelster van Les Cailloux. Ze duidde het aan met haar vinger. Het was beslist onmogelijk! Tegenaan plaatsen ging ook niet, want zoals gezegd er lag een vijandige boule vóór het butje. Ik besloot te schieten om één punt weg te halen, dan hadden we nog een kansje. Het lukte en het was zowaar een carreau sur place. Een punt voor ons dus. “We wisten niet dat U kon schieten,” zeiden de meisjes. “Geluk,” antwoordde ik, “ik ben geen schutter.” Enfin, we wonnen de partij met 13-11. Drie partijen werden die avond gespeeld. Iedere keer werd er geloot en in de laatste partij trof ik weer als maatje het blondje aan. Ik moest natuurlijk schieten van haar en zij ging eerste man(vrouw) spelen. Een ramp, mensen. Ik schoot wel 15 keer. Geen boule geraakt, ja, toch wel, eenmaal een eigen boule. Bij de stand 6-10 in ons nadeel vroeg ik haar om te wisselen. Geloof me of niet, haar eerste schot was direct een carreau en ze heeft daarna slechts één keer gemist. Wij wonnen met 13-12. Rare sport dat “Jeu de boule.” De ene keer kan je niks, de andere keer lukt alles en dat op dezelfde avond. Desondanks, boulse jongens en meisjes, hoe jong of oud je ook mag zijn and be happy!
HAv/hKvA