Hans Akkerman's boule-shit

donderdag, augustus 04, 2005

Petanque a la melee

Lieve mensen, al eerder heb ik geschreven, dat ik het spelen a la mêlee en dan uiteraard doublette, het leukste vind in onze sport. Het van te voren niet weten met wie je speelt, tegen wie je speelt en op welk terrein je gaat spelen vind ik heerlijk. En dat overkomt je nog wel drie maal op een middag. Grandioos! Verder is het zo dat je als beginneling ook bij de eersten kan eindigen.Dat middelmatige spelers warempel kampioen kunnen worden. Ja, ja, de computer moet je maar gunstig indelen. Drie maal een topper aan je zijde en je zit goed, Natuurlijk moet je zelf ook af en toe dicht bij het butje komen, want met drie boules zal je kameraad het niet redden. Kijk maar naar Maarten Nap. Minstens zeven maal kampioen van Nederland in verschillende boule-diciplines maar ook hij ziet vaak genoeg één of twee partijen in onze recreantentoernooitjes verloren gaan, doordat zijn maatje het liet afweten. Terwijl ik dit schrijf moet ik ineens denken aan onze vakantie aan de kust van Bretagne, lang geleden. Daar kampeerde ook een Belg, die volgens de kampeergasten buitengewoon goed kon boulen en deze Belg notabene, had Charles, mijn vismaatje, ingeschreven voor het jeu de boule-toernooi dat zaterdags zou plaatsvinden. Ja, samen met hem. “Dat kan toch niet Charles,” zei ik. “Je weet pas enkele dagen wat dat knikkeren inhoudt.” Wist ik veel toen.“ Heb ik ook gezegd,” antwoordde Charles, “ maar Jean-Pierre moest en zou zaterdag met me spelen.” Ik liet niets merken maar inwendig zat ik mij te verkneukelen, Dat moest ik zaterdag zien. Afspraken met de familie om zaterdag enkele kilometers verderop de zee in te gaan kon ik niet ongedaan maken, maar wij gingen vroeg en ’s-middags stond ik bij het toernooiveld. Jean-Pierre en Charles waren juist met een partij bezig. Ik wist niet wat ik zag. Charles kon geen boule bij het butje brengen. Hij wankelde enkele malen als een dronken kerel. Wat? Hij was dronken! “Wat is er gebeurd,”vroeg ik hem. “Nou de eerste partij hebben we gewonnen en deze is ook rijp voor de slacht.”(hik) “Dat bedoel ik niet, hoe kom je zo aangeschoten?” Hij vertelde mij dat hij zo nerveus was, dat hij de hele dag geen hap door de keel kon krijgen. Hij had twee biertjes gepakt, de zenuwen bedaarden een ietsje maar hij voelde zich niet jofel. Ik vloekte binnensmonds, het was ten slotte mijn beste vriend. “Je weet toch oude gabber dat je op een lege maag niet moet drinken. Als je van plan bent om het “gezellig” te hebben dat moet je zorgen dat je iets degelijks in je maag hebt. Desnoods een bakje yoghurt of een glas melk als er niets anders is. Enfin, ik kon het niet meer aanzien en ik besloot om een tukje te doen in de tent. Ik werd gewekt door klaroengeschal, het sein dat de prijsuitreiking zou plaatsvinden. Jean-Pierre had het geflikt. Hij en Charles waren derde geworden. Alle 4 partijen had de Belg met 3 boules gespeeld want Charles was op een enkele boule na, nergens!. “Lekker hè jong,”zei ik. “Fijn gehad zeker. Heb je nog wat gewonnen klojo?””Ja, een krat pils “zei hij, “maar die flesjes laat ik voorlopig met rust. Morgen ga ik met Jean-Pierre bij die camping verderop spelen. Ik heb de smaak te pakken!” Gelukkig bedoelde hij de smaak van het jeu de boules hiermede, de zuiperd! Vrienden tot een volgende keer. Speel ons spel met hart en ziel en matig de andere geneugten, OK ? Zal ik ook proberen hoor!
HAVHKVA