Hans Akkerman's boule-shit

vrijdag, november 19, 2004

Glasjanus

Mijn vrouwtje was een weekje naar haar broer in Frankrijk. Tussen twee haakjes, een echte francofiel, maar helaas geen jeu de boule-freak. Tijdelijk was ik dus zelf verantwoordelijk voor mijn natje en droogje en natuurlijk ook voor de afwas.Nu is het zo, zoals waarschijnlijk in de de meeste huishoudingen, dat de vaat na de afwas weer opgeborgen wordt in verschillende daarvoor ingerichte kasten en laden en dat... zag ik nou echt niet zitten. Waarom,peinsde ik, terwijl ik bezig was met afdrogen, moet ik iets opbergen dat ik dezelfde avond weer nodig heb ? Ik zette een glas neer op het aanrecht toen het secreet met een glasheldere stem (het was een wijnglas) tegen mij begon te praten. Ik schrok even, maar toen dacht ik, wie kan mij wat maken, ik ben hier nu de baas, glas je lult maar aan ! "Ik wil in de kast in de huiskamer," begon hij,"Daar hoor ik thuis.""Niks te willen," zei ik, "je blijft daar waar ik je neergezet heb." "Ja, maar hier in het zonnetje krijg ik strepen," zeurde hij weer. "Nou leuk toch," begon ik hem te jennen. "Dan wordt je zeker nog korporaal 1e klasse in het leger of misschien wel sergeant". "Ik moet niet in het leger," zei hij, "te veel glasjanussen en met jou praat ik niet meer." Hoe ik hem ook probeerde uit te lokken, hij zei werkelijk geen woord meer. Zelfs de bedreiging om mijn boules in zijn richting te gooien, hielp niet. Het onding
wist waarschijnlijk dat tireren niet mijn sterkste punt was.Krijg ook de kolere, dacht ik na enige tijd. Het doet me toch niks. Volgende week is Beppie er weer en heb ik geen glas nodig om mee te praten. Zo is het toch ?

H.A. v/h K.v.A.

1 Comments:

Anonymous Anoniem said...

Deze reactie is verwijderd door een blogbeheerder.

8:27 p.m.  

Een reactie posten

<< Home